Vaarbewijs praktijk

De vaarbewijs theorie eigen gemaakt, hoe zit het dan met de vaarbewijs praktijk? Het is goed dat je je daar in gaat verdiepen. Bij vaarbewijs praktijk gaat het er om hoe dat je alles wat je hebt geleerd uit gaat voeren. De theorie kennen is één, maar je moet ook kunnen handelen in de praktijk. Als je met je eigen boot het water op gaat, dan moet jij er ook voor zorgen dat je op de juiste manier handelt, zoals met de voorrangsregels en bakboord en stuurboord. Daarom geven wij je hier nog even wat extra informatie over vaarbewijs praktijk en dan kun je met alle plezier lekker gaan varen in je eigen boot. Aan het einde van het artikel vind je nog een aantal oefenvragen (en antwoorden) om nog even je geheugen op te frissen. 

 

Inhoudsopgave

 

 

Vaarbewijs praktijk en theorie?

Voor vaarbewijs 1 en vaarbewijs 2 heb je alleen maar een theorie-examen, er is dus geen sprake van vaarbewijs praktijk examens. Het is wel van belang dat jij weet hoe je in de praktijk moet handelen. Je moet weten wanneer je welke verlichting met een boot moet voeren, het verschil tussen loef en lij, verkeerstekens zijn van belang, maar ook het hoofdvaarwater en het nevenvaarwater komen volop aan bod. Gedurende je eigen vaarplezier moet je alles van je examen in de praktijk brengen zodat jij goed zeemanschap voert en veilig vaart (waarbij je rekening houdt met jezelf en anderen op het water).


Goede schipper met vaarbewijs praktijk

 Een goede schipper heeft de juiste uitrusting aan boord. Is een brandblusser verplicht? Hoeveel reddingsvesten heb je aan boord? Hoe zwaar is de brandblusser en is deze gecontroleerd? Heb jij de juiste papieren bij en is het kenteken schip in orde? Zoveel waar je aan moet denken en rekening mee moet houden, maar het gaat wel om je eigen veiligheid, die van de bemanningsleden en anderen op het water. 

Vaarbewijs praktijk inzicht

Je klein vaarbewijs bestaat alleen maar uit een theorie examen. Maar je moet ook veilig kunnen varen en dan heb jij toch wel praktische vaardigheden en ook inzicht nodig. Het is daarom goed dat je je daar in blijft verdiepen en iedere keer goed alert blijft! 

Vaaruren maken

Als je je vaarbewijs examen hebt behaald, dan is het natuurlijk goed direct te denken aan vaarbewijs aanvragen. Als je dat hebt gedaan dan heb je vaak binnen 1-2 weken je pasje binnen. Van daaruit moet je goed kijken waar je mag varen. Met je vaarbewijs 1 mag je op meren, kanalen en rivieren varen, maar met klein vaarbewijs 2 mag je ook bijvoorbeeld op het Markermeer en op de Waddenzee varen. Het is van belang dat je lekker het water op gaat en hetgeen wat je hebt geleerd ook toe gaat passen, zoals over de schroef- en roerwerking bijvoorbeeld. Manoeuvres leer je ook pas in de praktijk, je kunt qua theorie wel weten hoe je moet handelen, maar je moet het met je eigen boot uitproberen. Doe dit altijd op een plek waar het rustig is, zodat je op je gemak kunt wennen aan de manoeuvres zelf. 


Zorg ook altijd dat jij een wateralmanak aan boord hebt, net als andere boeken en papieren zodat je altijd even wat kunt opzoeken over ankeren of over verkeerstekens. Je weet veel wel uit je hoofd, maar je kunt nooit alles onthouden. Regels bij bruggen, sluizen en engtes bijvoorbeeld moet je ook weten. Tonnen en boeien zijn ook van belang en dan met name aan welke kant zij liggen en welke kleur ze hebben. Bij twijfel is het verstandig om het even op te zoeken en dan kun je naar eer en geweten handelen. Veilig varen staat voorop, zo moet je ook weten wat je moet doen bij slecht zicht varen


Hoofdvaarwater links en rechts met vaarbewijs praktijk

Nog even dit, bij een splitsing met het hoofdvaarwater rechts wordt het aangegeven door een stompe ton en die is rood-groen-rood van kleur. Daarbij is het topteken van de ton een rode cilinder. Dan heb je nog een splitsing van het hoofdvaarwater links en dat wordt dan aangegeven met een puntvormige ton en die is groen-rood-groen en dan is het topteken een groene kegel. Goed onthouden en anders even in je boek opzoeken zodat je weet hoe je hier veilig moet handelen.  


Vaarbewijs praktijk oefenvragen

 

Oefenvraag 1: Een schipper moet ervoor zorgen dat er voor alle bemanningsleden een reddingsvest aan boord is.

  • Waar 
  • Niet waar

 

Oefenvraag 2: Hoeveel kg moet de brandblusser zijn die je aan boord moet hebben>

  • 1kg
  • 2kg
  • 5 kg

 

Oefenvraag 3: Een schip mag overal voor anker liggen, waar of niet waar?

  • Waar
  • Niet waar

 

Oefenvraag 4: Je moet anderen op het water altijd helpen. 

  • Waar
  • Niet waar

 

Oefenvraag 5: Wat is volgens het SRW een schip? 

 

Antwoorden oefenvragen

 

Antwoord oefenvraag 1:

 

Een schipper moet er inderdaad voor zorgen dat er voor alle bemanningsleden aan boord een reddingsvest aanwezig is aan boord.

 

Antwoord oefenvraag 2

 

Een brandblusser aan boord moet minimaal 2kg zijn. 

 

Antwoord oefenvraag 3

 

Dit is niet waar, een schip mag alleen voor anker liggen op de plaatsen waar het is toegestaan. 

 

Antwoord oefenvraag 4

 

Ja, je moet anderen die op assistentie vragen op het water altijd helpen. Je moet daarbij natuurlijk wel kijken naar je eigen veiligheid en die van anderen op het water, maar waar je kunt dien je elkaar te helpen. 

 

Antwoord oefenvraag 5 

 

Het SRW omschrijft een schip als volgt: een drijvend voorwerp dat wordt gebruikt als vervoermiddel over het water. 

 

Nog meer oefenen?

Wil je oefenen om te kunnen slagen voor het vaarbewijs? Doe dan de vaarbewijs cursus van Turbo Vaarbewijs. Met de vaarbewijs cursus kun je tegen een vergoeding levenslang de belangrijkste onderdelen van het vaarbewijs onbeperkt oefenen. Op die manier zorg je er voor dat je beter presteert bij het CBR examen en je zult hoger scoren bij de verschillende onderdelen. Bekijk hieronder 👇 onze trainingspakketten.